“Het was ongelofelijk ploeteren, een veldslag met als enige vraag wie er zou breken. De zware regenval was in mijn voordeel, omdat ik goed door de modder loop. Bij het ingaan van de laatste ronde moest ik nog tien seconden dichten voor de top vier. Aan de meet ben ik veel sneller met mijn verleden als 1.500 meterloper, dus toen wist ik eigenlijk al dat ik het zou halen.”
Stuurt de KBAB een voltallige mannenploeg naar Dublin, dan is Hannes er dankzij zijn vijfde stek als vierde Belg in principe bij. “Als ik meega, is het als reserve om de ploeg te ondersteunen. Ik ben nog niet in de vorm om individuele ambities uit te spreken en ben ook helemaal niet specifiek in functie van de crossen aan het trainen. Ik ben heel trots op het feit dat ik voltijds werk en mij toch nog voor een EK weet te plaatsen.”
“Elke zaterdag werk ik tot 4 uur ‘s nachts, dan mag ik fier zijn op mijn niveau en wat ik hier laat zien. Ik heb er vrede mee dat ik niet meer de grofatleet van vroeger ben, maar ik haal er opnieuw voldoening uit. Ik ben vertrokken voor een tweede carrière. Onkruid vergaat niet.”